The hottest place to be
Blijf op de hoogte en volg Hetty
28 Februari 2015 | Verenigde Staten, Pahrump
Bijna ongemerkt is het landschap aan het veranderen. Het wordt steeds meer een woestijnlandschap, met zijn karakteristieke begroeiing. Ik kan daar zo van genieten, van een woestijnlandschap. De kleuren zijn werkelijk prachtig pastel, zeer veel tinten grijs, lila, groen, geel, diverse bruinen, het is bijna niet vast te leggen op een foto, hoe ik ook probeer.
‘Death Valley’ staat er op een bord.
“Nou, noem dat maar doods, ik vind het levendig en kijk eens wat een begroeiing,” zeg ik en wijs naar kleine bolle struikjes die in bloei staan langs de kant van de weg.
“Je kunt toch niet ontkennen dat het wel een beetje schraal is,” werpt Henk tegen.
“Moet je kijken, dat felle groen, hoe wonderlijk tussen dat pastel,” zeg ik en negeer zijn opmerking.
Het is warm, 27 graden wijst onze thermometer aan. Winter in Death Valley. De koudste periode van het jaar. Nou, wij vinden het warm genoeg. ’s Zomers kan de temperatuur oplopen tot boven de 55 graden. Dan wil je hier echt niet zijn, lijkt me.
We stoppen bij een restaurantje annex benzinestation en bezoeken de lokale souvenirwinkel. De spullen komen me bekend voor, overal in deze omgeving zie je dezelfde hebbedingetjes. We rijden verder. Ik verzamel woestijnzand, dus daarvoor zitten we hier goed. Bij de zandduinen een eindje verderop vul ik mijn lege waterflesje met zand. Dat zijn leuke souvenirs, vind ik zelf. Nog een eindje verder is er een afslag naar de Salt Creek.
“Even kijken?”
“Natuurlijk!”
Tot onze verbazing komen we aan bij een stroompje. Water in de woestijn! Er staan informatieborden bij die ons vertellen dat we 40 meter onder de zeespiegel zitten en dat dit stroompje zout water is, waarin vissen zwemmen. ‘Pupfish’ worden ze genoemd, omdat ze tijdens het zwemmen af en toe in de grond wroeten, alsof het jonge hondjes zijn op zoek naar een bot.
Nou, die vergelijking gaat wel op. Visjes zo groot als guppies, zwemmen met ongekende snelheid door het stroompje water, dat op de meeste plaatsen niet dieper is dan een centimeter of vijf. Ze schieten op en neer en achter elkaar aan. Het is paaitijd, dat moge duidelijk zijn. De grotere gekleurde mannetjes verjagen hun soortgenoten om vervolgens gezellig buik aan buik te schuiven met een vrouwtje. Als er weer een man in beeld komt, word die direct weer weggejaagd. Het is komisch om te zien.
“Zou dat water opdrogen in de zomer?” vraag ik me af. “Als dat zo is, waar moeten die visjes dan naar toe? En als het niet opdroogt, hoe warm zou dat water dan wel niet zijn?”
Toch maar eens opzoeken op internet. Wat een wonderlijke wereld!
-
28 Februari 2015 - 04:30
Marja:
Mooi te lezen en te zien, jullie blijven bijzondere planten, dieren, landschappen tegenkomen. Alleen weinig mensen dit stuk van de reis? -
28 Februari 2015 - 09:12
Moniek:
Wanneer ik de foto's zie heb ik zin om te schilderen.Je kunt de contouren goed zien.
Ik vraag me al een tijdje af, of je het woestijn zand nog ergens in gaat gebruiken ?
-
28 Februari 2015 - 19:44
Erny:
Goh wat een overgangen! Eerst lenteachtig, nu voor jullie gevoel al weer meer zomer. En dat je daar zover onder de zeespiegel zit, wonderlijk allemaal mooie foto's, helaas niet de schoonheid van de kleurenpracht zo goed te zien zoals jullie het zien.
Blijf genieten!
Groetjes Erny
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley